De jaren van verschil

De jaren van verschil


Em G D
Half tien, je ligt in bed, want half tien is half tien
Em G D
Al kun je zelfs de avondzon, door het zolderraam nog zien
C G D Am
de posters aan de muur, kijken op je neer
C G D Am
je hebt ze niets te zeggen, ze begrijpen je niet meer
C G D
je draait, zucht, het is beklemmend stil
C G D Em
je lag vaak uren wakker, in de jaren, de jaren van verschil.

Em G D
Een sigaret in het fietsenhok, het mag niet, dus rook je veel
Em G D
je wilt de wereld aan je voeten, maar hij grijpt je bij je keel
C G D Am
steeds minder te vertellen, steeds meer een grote mond
C G D Am
wild, maar ongewapend als een kruitvat zonder lont
C G D
want al je dromen, wensen, afgedaan als gril
C G D Em
de machteloze woede, in de jaren, de jaen van verschil

Em G D
Er is altijd wel iemand, nooit eens niemand om ons heen
Em G D
We zijn wel heel vaak samen, maar nooit met elkaar alleen
C G D Am
Ik zie ze weer verdwijnen, sta verlaten bij het raam
C G D Am
en bedenk hoe het had kunnen zijn, fluister zacht hun naam
C G D
want je moet veel, mag niets, krijgt nooit wat je wilt
C G D Em
het onvervuld verlangen, in de jaren, de jaren van verschil.

Em G D Em
Half tien je ligt in bed, want half tien is half tien!