Ben ik te min

G C
Wil je blijven, ok,
Am D
het heeft toch geen enkele zin.
G C
Als je me maar niet ziet als het jochie met de rozen,
Am D
want dan stort heel je droomwereld in.
G C
Jij was, zoals ze dat noemden, het idealistische type.
G C
Maar daar heb je nu verrekt weinig meer van.
G C
Je bent nu net zo materialistisch als ik,
Am D
maar hoe wil je het in godsnaam anders dan?


G C
Ben ik te min, ben ik te min,
D G
omdat je ouders meer poen hebben, dan de mijne?
G C
Ben ik te min, ben ik te min,
D G
omdat je pa een grotere kar heeft, dan de mijne?


G C
En toch, wil je blijven, maar je pa, die wil `t niet.
Am D
Ik denk dat je beter kunt gaan.
G C
En je moeder, die doe je ook veel verdriet.
Am D
Als je thuiskomt zegt ze :”Kind, wat doe je me aan?”
G C
Jouw moeder die ik moest aanhoren,
G C
met haar achterlijke gezwam over de studie van je broer.
G C
En dat je pa zo'n succesvol zakenman was.
Am D
Met andere woorden wat ben jij een boer!




G C
Ben ik te min, ben ik te min,
D G
omdat je ouders meer poen hebben, dan de mijne?
G C
Ben ik te min, ben ik te min,
D G
omdat je pa een grotere kar heeft, dan de mijne?







G C
Maar kijk uit, je bent het niet gewend.
Am D
Om te vreten van de straat.
G C
Als je lichamelijk maar niet belangrijk vindt,
Am D
want dat is in feite niet waar `t om gaat.
G C
En als je het aankunt, nou, kom dan gerust maar weer.
G C
En anders sodemieter je maar op!
G C
Want `t is echt niet dat ik niet om je geef,
Am D
maar zo duw je je hoofd in een strop.




G C
Ben ik te min, ben ik te min,
D G
omdat je ouders meer poen hebben, dan de mijne?
G C
Ben ik te min, ben ik te min,
D G
omdat je pa een grotere kar heeft, dan de mijne?